11 mei 2024
Home » Regionaal » Jazzfanaten Gubbels en Mondriaan 

Logo Scherpinbeeld

Ontdek het verleden van Groenlo

Duik in een rijke verzameling van meer dan 8.000 foto’s en films. Elke dag wordt een nieuwe oude foto toegevoegd. Deel jouw herinneringen bij elke foto!

Bekijk de collectie

WINTERSWIJK – Neem plaats in het atelier van hedendaagse kunstenaar Klaas Gubbels (1934) en ontdek de jazzfanaat achter de kunstschilder. Van 5 maart tot en met 19 september laat museum Villa Mondriaan de opnames van de boogiewoogie-platen van Piet Mondriaan horen, die door Gubbels zijn verzameld. Op zaal vertelt Gubbels over zijn bijzondere connectie met de opnamen van Mondriaans boogiewoogie-platen, verweven met zijn eigen levensverhaal.

Naast de tentoonstelling Klaas Gubbels: Calvinist? krijgt de bezoeker het komende half jaar de unieke kans om de boogiewoogie-muziek die doorklinkt in Mondriaans latere werken, te beluisteren. Tegelijkertijd leert de bezoeker Gubbels, één van de grootste hedendaagse kunstenaars in Gelderland, kennen als jazzfanaat. In de documentaire Klaas Gubbels: Als het klaar is mag je niets meer veranderen, die op dinsdag 2 maart om 17:20 uur wordt uitgezonden door Omroep Gelderland, brengt programmamaker Ron Harmsen, in aanloop naar de tentoonstelling, Gubbels’ voorliefde voor jazz in beeld. Zo vertelt Gubbels in zijn atelier over zijn bijzondere connectie met de opnamen van Mondriaans boogiewoogie-platen. Op de achtergrond zijn vaker wel dan niet de energieke ritmes en swingende melodieën van de boogiewoogie-muziek te horen. Gubbels luistert bijna iedere dag naar de muziek die Mondriaan in zijn ateliers in Parijs en New York draaide. De voorkeur geeft hij aan het nummer “Yancey Special” van pianist Meade Lux Lewis. “Heel primitief, maar die kan ik zelf met een vinger spelen”, aldus Gubbels. 

Mondriaan was net als Gubbels een jazzliefhebber en tevens een groot dansliefhebber. Vanwege zijn gestileerde manier van dansen kreeg hij de bijnaam ‘dansende Madonna’. Tijdens zijn verblijf in Nederland van 1914 tot 1918 was Mondriaan regelmatig te vinden bij Hotel Hamdorff in Laren, waar hij de avonden dansend doorbracht. Zijn passie voor muziek, die tot dan toe vooral op de dansvloer zichtbaar was, begon rond 1920 langzaamaan een rol te spelen binnen zijn kunstenaarscarrière. Het op improvisatie gebaseerde muziekgenre jazz dat dan opkomt, doet Mondriaan denken aan de moderne kunst. Zowel jazz als moderne kunst brachten vernieuwing met zich mee. Daar waar Mondriaan op dat moment nog slechts een parallel trekt tussen muziek en beeldende kunst, brengt hij ze in zijn laatste jaren in New York samen. Geïnspireerd door zeven boogiewoogie-platen uit zijn Parijse tijd en zeven boogiewoogie-platen uit zijn New Yorkse tijd, maakte hij schilderijen als Victory Boogie Woogie en Broadway Boogie Woogie, die bestaan uit ritmisch opgezette vlakjes en beweeglijke composities. 

Zo trekt Villa Mondriaan van 5 maart tot en met 19 september, zoals Mondriaan een parallel trok tussen muziek en beeldende kunst, een parallel tussen Mondriaan en Gubbels: twee jazzfanaten.